Ingrid (38)
De afgelopen tien jaar heb ik twee levens geleefd. Dat de helft onzichtbaar moest zijn, dat kwam niet door mijzelf. Dat was een wens of zelfs een eis van mijn 'vriend', die naast mij nog een gezin had. Ik had al zo vaak met Daan willen breken ...
Heb ik tien jaar van mijn leven weggegeven aan de verkeerde? Mijn depressiviteit groeide. Mijn huisarts gaf me, oh zo gemakkelijk, een antidepressivum, zonder eigenlijk te vragen 'waarom'? Het medicijn hield mij in ieder geval schijnbaar op de been.
Eindeloze teleurstellingen maakten mijn dagen steeds grauwer. Afspraken die op het allerlaatst niet doorgingen, me ongelofelijk alleen voelen, omdat niemand wist over Daan, behalve een paar vriendinnen. Die vriendschappen gleden ook weg, omdat ze me bekritiseerden. 'Wat doe je met zo'n kerel! Je vergooit je leven!' Ik wist dat ook wel, maar dat wilde ik niet horen.
Ik kreeg allerlei klachten. Hoe vaak heb ik door mijn hoofdpijnen mooie momenten, samen met hem, gewoon verprutst. Ik weet nog dat ik op een zaterdagmiddag als een zombie op de bank zat. Daan kwam binnen, zag mij zitten en opeens had hij iets anders ... Hij was er alleen maar, als ik er volledig was voor hem.
Ondanks de medicatie werd ik somberder. Ik voelde zelfs helemaal niet meer. Daaronder lag mijn diepe verlangen naar een relatie voor wie ik nummer één zou zijn. Zou die ooit nog komen?
Op een ochtend hoorde ik dat het buurmeisje van vijf, waar ik regelmatig op paste, een ernstig verkeersongeluk had gehad. Het was de vraag of ze het zou overleven. Alles wat ik kon, heb ik voor haar en haar ouders gedaan. Ik bezocht Sascha in het ziekenhuis. Daar kwam ik zoveel kinderleed tegen! Dat raakte me!
Haar ouders zijn inmiddels vrienden geworden waar ik veel mee bespreek. Zij wisten veel meer over mij dan ik dacht. Ze veroordeeelden mij niet. Ik heb op een avond alles aan hen verteld. Mijn masker viel af. Ik heb gehuild en zij troostten mij. Terwijl ze zelf zoveel verdriet hadden om Sascha.
Zij raadden mij aan om professionele hulp te zoeken. Dat heb ik gedaan. Mijn verlies werd daardoor duidelijk. Ik zie het als een verlies van identiteit. Ik kon niet leven, zoals ik wilde leven. Ik was niet wie ik werkelijk was. Ik had al mijn frustratie over deze geheime relatie op slot gezet.
Met die ruggesteun heb ik de relatie met Daan stopgezet. Een ongelofelijke opluchting. De banden waarmee hij me vasthield, heb ik doorgesneden. Hoe moeilijk dat ook voor me was. Ik voel dat ik mijn energie weer langzaam terug krijg. Ik heb aangeboden vrijwilligerswerk in het ziekenhuis te doen. De kinderafdeling zag wat ik voor Sascha en voor andere kinderen deed. Zo ben ik daar vrijwilliger geworden.
Sascha is nu thuis, ze zal altijd een handicap houden en een rolstoel nodig hebben. Ik wil er voor haar en mijn nieuwe vrienden zijn. Ik voel me opgelucht en zie inderdaad in dat ik ... tien jaar verder ben. Tegelijkertijd lééf ik nu weer. Ik ben nu meer wie ik ben. Ik kan mezelf en de wereld in de ogen kijken. Mijn verdriet is er in golven en die laat ik toe. Ik heb mezelf weer teruggevonden!
* Ingrid is niet te herkennen om privacy-redenen.